de en fr

Dublin kussen

de Advents-KAL 2025 van LANGYARNS

Deze advent breien we samen het 🍀Dublin Kussen🍀! Ontworpen door LifeOnYarn, sluit het perfect aan bij de Donegal Deken van de Knit-Along van vorig jaar.

We breien met DONEGAL WOOLEN SPUN in drie tinten – een lichte, een middelste en een donkere. Zorg ervoor dat er voldoende contrast is tussen de lichtste en donkerste kleur als je het kleurwerk wilt opnemen. Het project bestaat uit vier vierkanten, telkens twee identieke, die aan het einde worden samengevoegd tot één kussen. Tijdens de advent publiceren we om de dag op onze website het volgende deel van het patroon, zodat je genoeg tijd hebt om steeds twee vierkanten tegelijk te breien.

Het afgewerkte kussen lijkt misschien ingewikkeld, maar het bestaat alleen uit rechte en averechte steken, een paar meerderingen (met instructievideo) en optioneel wat kleurwerk. Een perfect project voor avontuurlijke beginners!

We kunnen niet wachten om samen met jullie te breien en dit gezellige, feestelijke kussen tot leven te zien komen!

#dublinKAL #langyarnsadventskal

Materialen

  • DONEGAL WOOLEN SPUN in 3 kleuren (zie hieronder)
  • 2 rondbreinaalden van 3,5 mm (100 cm lengte)
  • 14 stekenmarkeerders
  • 2 markeerders voor het begin van de toer
  • Hulpgaren om steken op te zetten of te bewaren
  • Kussen van 50 × 50 cm (bijv. IKEA: INNER) of vulmateriaal

 

Kleuren

  • A: licht – 2 bollen (bijv. 1172.0033)
  • B: middel – 3 bollen (bijv. 1172.0058)
  • C: donker – 3 bollen (bijv. 1172.0090)

 

A. St.  Averechte steek
M1L Links hellende meerdering: met de linkernaald de draad tussen de steken van voor naar achter opnemen en gedraaid recht breien. 🔗Video
M1R Rechts hellende meerdering: met de linkernaald de draad tussen de steken van achter naar voor opnemen en recht breien. 🔗Video
R. St. Rechte steek
SM Stekenmarkeerder plaatsen
St.

Steek

 

 

Zet 17 steken op met kleur A (je lichtste kleur).

Brei 21 toeren volgens het telpatroon. Eindig met een rechte toer, niet keren.

 

Onder de volgende link vind je een aanvullende video die je de volgende stappen uitgebreid laat zien:

🔗Steken opnemen

 

Begin nu als volgt met rondbreien. Gebruik een set sokkennaalden of een lange rondbreinaald (100 cm) en de magic-loopmethode.

                Breisel 90° draaien:            15 steken opnemen uit de kantsteken (5 steken over 7 rijen)
                Breisel 90° draaien:            17 steken opnemen uit de opzetrand
                Breisel 90° draaien:            15 steken opnemen uit de kantsteken (5 steken over 7 rijen)
                Breisel 90° draaien:            16 steken recht breien

Volgende toer: *1 st av, SM, 15 st av, SM* in totaal 4× herhalen → 64 st. De laatste SM die je plaatst is nu het begin van de toeren. Je vierkant moet ca. 9 × 9 cm meten.

Garen afknippen. Een tweede vierkant op dezelfde manier maken.

 

Met kleur B:

12 toeren volgens het telpatroon breien. De eerste steek helemaal rechts in het telpatroon is telkens de steek tussen de stekenmarkeerders (dus de hoek van het vierkant).

Het telpatroon wordt in elke toer 4× herhaald = 112 steken.

Draad afknippen. Werk hetzelfde op het tweede vierkant.

 

Onder de volgende link vind je een aanvullende video die je de naar links en naar rechts hellende meerderingen laat zien:

🔗 M1L & M1R

 

 

Met de kleuren A en C:

10 toeren volgens het telpatroon breien. Onder de volgende link vind je een aanvullende video die laat zien hoe je colorwork breit: 🔗colorwork

Het telpatroon wordt in elke toer 4× herhaald = 152 steken.

Draad afknippen. Werk hetzelfde op het tweede vierkant.

 

Als alternatief kun je dit gedeelte ook in kleur C in tricotsteek breien. Houd daarbij de meerderingen uit het telpatroon aan.

 

Met kleur B:

8 toeren volgens het telpatroon breien.

Het telpatroon wordt in elke toer 4× herhaald = 184 steken.

Draad afknippen. Werk hetzelfde op het tweede vierkant.

 

Met kleur C:

8 toeren volgens het telpatroon breien.

Het telpatroon wordt in elke toer 4× herhaald = 216 steken.

Draad afknippen. Werk hetzelfde op het tweede vierkant.

 

108 steken op een hulpdraad zetten. De volgende 108 steken apart op een tweede hulpdraad zetten. Verwijder daarbij alle stekenmarkeerders uit beide stekenreeksen. Gebruik voor elke hulpdraad een stuk katoengaren van ongeveer 150 cm; zo kun je de afzonderlijke delen later goed wassen en opspannen. Je tweede vierkant op dezelfde manier maken.

 

 

Zet 17 steken op met kleur C.

21 rijen volgens het telpatroon breien (je breit het volledige telpatroon dus tien keer, daarna de 1e rij nog een keer).

 

Begin nu als volgt met rondbreien:

                Breisel 90° draaien:            15 steken opnemen uit de kantsteken (5 steken over 7 rijen)
                Breisel 90° draaien:            17 steken opnemen uit de opzetrand
                Breisel 90° draaien:            15 steken opnemen uit de kantsteken (5 steken over 7 rijen)
                Breisel 90° draaien:            16 steken recht breien

Volgende toer: *1 st av, SM, 15 st av, SM* in totaal 4× herhalen → 64 st. De laatste stekenmarkeerder die je plaatst is nu het begin van de toeren. Je vierkant moet ca. 9 × 9 cm meten.

Garen afknippen. Een tweede vierkant op dezelfde manier maken.